×

Foutmelding

  • Warning: Illegal string offset 'header' in bvng_publicatie_header_view() (regel 797 van /home/spinternet.be/users/contemporanea/public_html/sites/all/modules/custom/akapivo/bvng/bvng.module).
  • Notice: Array to string conversion in bvng_publicatie_header_view() (regel 797 van /home/spinternet.be/users/contemporanea/public_html/sites/all/modules/custom/akapivo/bvng/bvng.module).
  • Warning: Illegal string offset 'header' in bvng_publicatie_header_view() (regel 807 van /home/spinternet.be/users/contemporanea/public_html/sites/all/modules/custom/akapivo/bvng/bvng.module).
  • Notice: Array to string conversion in bvng_publicatie_header_view() (regel 807 van /home/spinternet.be/users/contemporanea/public_html/sites/all/modules/custom/akapivo/bvng/bvng.module).

Masquelier, Juliette, Femmes catholiques en mouvements. Actions catholique et émancipation féminine en Belgique francophone (1955-1990) (Brussels: Éditions de l’Université de Bruxelles, 2021, Genre(s) et Sexualité(s) collectie), 415 p.

Camille Banse, Université Catholique de Louvain*

Het boek Femmes catholiques en mouvements is gegroeid uit het proefschrift van Juliette Masquelier verdedigd in 2019 aan de Université Libre de Bruxelles (ULB) onder de begeleiding van de historica Cécile Vanderpelen. De auteur is historica, gespecialiseerd in het hedendaagse katholicisme vanuit een genderperspectief. Zij is reeds auteur van talrijke publicaties over seksualiteit en vrouwenemancipatie in de katholieke wereld.1 Zij is ook de winnares van de Prix Richard Kreglinger 2018-2019 voor religieuze geschiedenis. Als FRS-FNRS research fellow, doet zij momenteel onderzoek naar de transformatie van de zwangerschaps- en moederschapsnormen in de katholieke wereld. Masqueliers proefschrift maakte deel uit van een gecoördineerd onderzoeksproject “Sex & Pil” over de wisselwerking tussen de seksuele revolutie en de ont- en verzuiling van 1960 tot 2000. Dit interdisciplinaire project wilde licht werpen op de – vaak verwaarloosde – raakvlakken tussen intieme veranderingen en de betwisting van traditionele vormen van sociale en politieke organisatie in België.

Het onderzoek richt zich op twee massavrouwenbewegingen: de Action Catholique Rurale des Femmes (ACRF) die de erfgenaam van de boerinnenbond is en de Ligue Ouvrière Catholique Féminine (LOCF dat in 1969 Vie Féminine werd), de Franstalige tegenhangers van de Kristelijke Arbeiders Vrouwenbeweging (KAV). De tweede helft van de 20ste eeuw is een periode van ingrijpende transformaties van de katholieke wereld en de omwenteling van de levensomstandigheden van vrouwen. In deze context zijn Katholieke Actie-organisaties bevoorrechte plaatsen gebleken voor aanpassing aan de sociale verandering. Masquelier levert een bijdrage aan de geschiedenis van de feminismes en doorkruist thema’s zoals gezinsrollen, huiselijkheid en loonarbeid, politiek burgerschap, plaats van de vrouw in de kerk of seksualiteit.

Het onderzoek naar de christelijke beweging in België is vrij ver gevorderd, hoewel de meest recente periode het minst aan bod is gekomen in de wetenschappelijke literatuur. Die wordt aangevuld met de studie van de gendergeschiedenis in België.2 Vanuit één specifiek perspectief van de vrouwenemancipatie beoogt het onderzoek de institutionele geschiedenis van deze organisaties te vervolledigen. De originaliteit van Femmes en mouvements bestaat er immers in zich te plaatsen op het kruispunt van onderwerpen in spanning: katholicisme en moderniteit, religie en feminisme, secularisatie en vrouwenemancipatie. De constante vergelijking tussen de landelijke beweging en de arbeidersbeweging maakt ook een nauwkeurige analyse mogelijk van de interne specificiteit van de katholieke zuil.

Juliette Masquelier gebruikt drie soorten bronnen om haar onderzoek uit te voeren: gepubliceerde tijdschriften om de officiële standpunten en de interne controverses te begrijpen, bewaarde archieven om de spanningen en de ontwikkeling van onzekerheden te observeren en, tenslotte, getuigenissen om te begrijpen tot wie de discoursen gericht zijn en hoe ze in de praktijk worden gebracht. Om waarde te geven aan stemmen die voorheen niet werden gehoord, was het nodig individuele en collectieve interviews met deze vrouwen te houden.

Na een uitvoerige methodologische inleiding is het boek chronologisch en thematisch ingedeeld in vijf hoofdstukken. Hoofdstuk 1 (blz. 41-75) beschrijft de veranderende verhouding tussen godsdienst en sociale actie in het kader van de “vooruitgang van de vrouw” (promotion féminine). In het tweede hoofdstuk (blz. 77-109) worden de mechanismen voor de ontwikkeling van de sociale rol van de vrouw in het gezin en in de beroepswereld onder de loep genomen. Het derde hoofdstuk (blz. 111-153) behandelt het begrip “verantwoordelijk ouderschap” (parenté responsable). Het bespreekt de seksuele normen en praktijken en de houding van de bewegingen tegenover de debatten over contraceptie en abortus. Hoofdstuk 4 (blz. 155-177) laat zien hoe de vooruitgang van vrouwen het politieke burgerschap van vrouwen heeft bevorderd. Het laatste hoofdstuk (blz. 179-224) wil laten zien hoe de veranderende sociale context en doelstellingen van de Vie Féminine-beweging er tussen 1975 en 1990 toe hebben geleid dat zij een nieuw ideaal is gaan hanteren: de zelfstandigheid van de vrouw.

Masquelier belicht in haar onderzoek verschillende knooppunten zoals de grote invloed van langlopende leiderschapsteams of de aanvankelijk tegenstrijdige en vervolgens consensuele relaties tussen deze vrouwenbewegingen en de feministen van de tweede golf. De grenzen tussen de verschillende Belgische zuilen zijn dus poreus. Haar belangrijkste bijdrage is, naar mijn mening, een fijne analyse van de onderhandelingsmethoden van deze katholieke vrouwen. Tussen strijdbaarheid en de realiteit van het terrein, tussen avant-gardistische leiders en de wens om zoveel mogelijk vrouwen te steunen, lijken massa en radicalisme twee omgekeerd evenredige variabelen te zijn (blz. 232). In die zin zoeken de LOCF/Vie Féminine en de ACRF naar een derde weg zonder openlijke betwisting en zonder woordvoerders van de Roomse doctrine te worden. Hoewel er een vrij traditioneel register van de rol van de vrouw wordt gehandhaafd, is deze derde weg een motor voor sociale verandering geweest.

De methodologische keuzes die in het boek worden gemaakt brengen bepaalde beperkingen van het onderzoek aan het licht, die door de auteur goed worden aangegeven. Sommige ideologische bekommernissen van de bewegingen zijn natuurlijk buiten beschouwing gelaten. De selectie van twee Franstalige en gespecialiseerde bewegingen betekent dat de bewegingen van de meest bevoorrechte bevolkingsgroepen en de Nederlandstalige katholieke organisaties niet in het onderzoek zijn opgenomen. Femmes catholiques en mouvements slaagt in zijn opzet om de raakvlakken tussen de massavrouwenbewegingen en de vrouwenemancipatie in een katholieke context aan de orde te stellen. Deze bijdrage aan de kerk- en vrouwengeschiedenis komt op het juiste moment, niet alleen om een leemte in de historiografie op te vullen, maar ook om de huidige katholieke visie op deze kwesties te verduidelijken.

- Camille Banse

Webreferenties

  1. Juliette Masquelier: https://www.arts.kuleuven.be/cultuurgeschiedenis/en/staff/00141161
  2. onderzoek: https://msh.ulb.ac.be/en/who/juliette-masquelier
  3. gecoördineerd onderzoeksproject “Sex & Pil”: https://msh.ulb.ac.be/en/team/striges/projet-arc-sex-pil
  4. Action Catholique Rurale des Femmes: https://acrf.be/
  5. Vie Féminine: https://www.viefeminine.be/

Referenties

*. Hartelijk dank aan Isabelle Demeulenaere en Kaat Wils voor hun naleeswerk.
1. Masquelier, Juliette, ‘L’art délicat de la contestation respectueuse. Une éthique catholique de la contraception en Belgique francophone (1950-1975)’, Archives de sciences sociales des religions, 194:2 (2021): 91‑110 ; ‘“Changer l’Église de l’intérieur”: chronique d’une défaite annoncée: L’association Femmes et Hommes dans l’Église (1970-1998)’, in: Carnac, Romain, Guidi, Diletta & Roucoux, Guillaume, (ed.), Les autorités religieuses face aux questions de genre. Reconfigurations contemporaines des mondes confessionnels autour des nouvelles questions sexuelles (Rennes: Presses universitaires de Rennes, 2019), 39‑53 ; ‘“Normal”, “souhaitable” ou “frauduleux”? Discours catholiques sur la sexualité dans la Belgique des années 1950-1960’, in: Sägesser, Caroline & Vanderpelen-Diagre, Cécile, (ed.), La Sainte Famille. Sexualité, filiation et parentalité dans l’Église catholique (Brussels: Éditions de l’Université de Bruxelles, 2017, Problèmes d’histoire des religions collectie, 24), 55‑66.
2. Bijvoorbeeld Gerard, Emmanuel, De Christelijke arbeidersbeweging in België. 1981-1991 (Leuven, Leuven University Press, 1991, KADOC Studies collectie, 11) ; Gubin, Éliane, ‘Femmes rurales en Belgique. Aspects sociaux et discours idéologiques XIXe-XXe siècles ‘, Sextant, 5 (1996): 59‑89 ; Gubin, Éliane & Jacques, Catherine, (ed.), Encyclopédie d’histoire des femmes. Belgique, 19e et 20e siècles (Brussels, Racine, 2018).