De Belgische luchtvaartgeschiedenis… in vogelvlucht
Filip Strubbe, Algemeen Rijksarchief in Brussel & Geert Leloup, Nationaal Archief in Den Haag
Begin dit jaar verscheen de inventaris van het archief van het Directoraat-generaal Luchtvaart. Dit unieke archiefbestand documenteert een eeuw Belgische luchtvaartgeschiedenis (1920-2018) die zowel gespecialiseerde onderzoekers als het groot publiek aanspreekt. De nationale luchtvaartadministratie werd meteen na de Eerste Wereldoorlog opgericht. Het ressorteerde eerst onder het Ministerie van Landverdediging, vanaf 1929 als het Bestuur der Luchtvaart onder het Ministerie van Verkeerswezen.
Het archief weerspiegelt in eerste instantie het evoluerende luchtvaartbeleid, zijn juridische omkadering en de groeiende internationale samenwerking. Het omvangrijkste onderdeel betreft het toezicht op luchtvaartuigen. Sinds 1919 dient elk luchtvaartuig (helikopters, ballons, (zweef)vliegtuigen en ultralichte motorvoertuigen) te worden geregistreerd.
Het bezit van luchtvaartuigen in België (en tot 1960 ook in Belgisch Congo) is dankzij de inschrijvingsregisters en -dossiers goed gedocumenteerd. Ook oefent de overheidsadministratie technische controle uit op de luchtwaardigheid van luchtvaartuigen, wat informatie oplevert over hun bouw, aanpassingen en herstellingen. Logischerwijze onderzoekt de administratie luchtvaartongevallen of -incidenten op Belgisch grondgebied of met Belgische luchtvaartuigen in het buitenland. Onderzoeksrapporten en -dossiers (met veel fotomateriaal) documenteren deze schaduwzijde van de technologische vooruitgang. Eenzelfde luchtvaartuig kan dus meermaals opduiken in de inventaris, maar in die inventaris biedt het registratiekenmerk in combinatie met het type luchtvaartuig altijd houvast. De auteurs zijn er voorts in geslaagd archief van het aërotechnisch laboratorium te recupereren, waaronder een unieke collectie foto’s uit de jaren veertig en vijftig.
Andere aspecten van de burgerlijke luchtvaart - luchtvaartpersoneel, luchthavens, luchtvaartarbeid - komen ook aan bod in het bestand. Een rijk bestand dus, ondanks het feit dat door calamiteiten, verwaarlozing en ondoordachte vernietigingsoperaties heel wat stukken verloren zijn gegaan.
De raadpleging van stukken is onderworpen aan de vigerende archief- en privacywetgeving. Dat betekent dat voor raadpleging en reproductie van documenten jonger dan dertig jaar toestemming nodig is van de archiefvormer, het Directoraat-generaal Luchtvaart. Voor stukken met privacygevoelige gegevens over levende personen geldt de wetgeving inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Maar het archief bevat vooral documenten ouder dan dertig jaar, zonder privacygevoelige gegevens. Die zijn vrij raadpleegbaar. Onderzoekers kunnen dus vrijwel alle aspecten van de Belgische burgerluchtvaart tot de jaren 1990 bestuderen. Enkel de exploitatie van luchtvaartdiensten komt amper in de inventaris aan bod. Deze lacune zou opgevuld kunnen worden met het Sabena-archief. Het lot van dit archief is erg echter onzeker. Deels doordat de curatele nog steeds loopt, deels door een frustrerend gebrek aan middelen en belangstelling.
Webreferenties
- inventaris: https://search.arch.be/nl/zoeken-naar-archieven/zoekresultaat/ead/index/zoekterm/luchtvaart/eadid/BE-A0510_007152_803313_DUT