De archieven van Luc Devuyst en prof. Dr. Leopold Flam in het kader van het thema ‘niet-confessionele zedenleer’
Het Centrum voor Academische en Vrijzinnige Archieven (CAVA) focust zich op het verzamelen, bewaren en beheren van archieven van de Vrije Universiteit Brussel en van vrijzinnige verenigingen en personen. Een thema waar CAVA zich dit jaar in het bijzonder op zal toeleggen is ‘niet-confessionele zedenleer’. Dit onderwerp biedt verschillende interessante onderzoekspistes. Een daarvan is de wetgeving rondom het vak. Na een bewogen tweede schoolstrijd werden openbare scholen door het Schoolpact (1958) en de Schoolpactwet (1959) verplicht om aan hun leerlingen een niet-confessioneel levensbeschouwelijk vak aan te bieden. Toch duurde het tot 1993 vooraleer de niet-confessionele gemeenschap, door het toevoegen van een tweede paragraaf aan artikel 181 van de Belgische Grondwet, werd erkend en aanvaard door de Belgische Staat. Naast het beleid rondom niet-confessionele zedenleer biedt ook de uitvoering ervan onderzoeksmogelijkheden, bijvoorbeeld hoe leraren invulling gaven aan hun vak en welke materialen daarbij werden gebruikt of een analyse van de debatten binnen vrijzinnige verenigingen over de invulling van niet-confessionele zedenleer. CAVA heeft een rijke verzameling aan archieven die betrekking hebben tot dit onderwerp, zoals die van Luc Devuyst en Prof. Dr. Leopold Flam. Luc Devuyst heeft een grote invloed gehad op de evolutie van het vak niet-confessionele zedenleer, onder andere door zijn inzet als adviseur-inspecteur en als algemeen secretaris van de Raad voor Inspectie en Begeleiding Niet-Confessionele Zedenleer (RIBZ). Leopold Flam was hoogleraar filosofie en zette zich in voor een kritische (her)opvoeding van de jeugd. Samen waren ze deel van de oprichting van de richting moraalwetenschappen aan de VUB in 1974.
Het archief van Luc Devuyst
Luc Devuyst (Vilvoorde, 2 september 1931) groeide op in een uitgesproken socialistische, antiklerikale en vrijzinnige familie. Dit is onder andere terug te zien in het huwelijk van zijn ouders, Clémentine Lauwerijns en Gustave Devuyst, die in 1928 enkel voor de burgerlijke stand trouwden. Op de Gemeenteschool in Vilvoorde waar Luc Devuyst naar de lagere school ging was hij de enige die geen rooms-katholieke godsdienst volgde. Vervolgens ging hij naar het Atheneum in Vilvoorde, waar hij zedenleer kreeg van Richard Van Cauwelaert. Toen Devuyst was afgestudeerd aan de ULB in de richting geschiedenis vroeg Van Cauwelaert – inmiddels inspecteur zedenleer – hem in 1957 of hij leerkracht niet-confessionele zedenleer wilde worden. Luc Devuyst ging in op dit aanbod en doceerde aan het atheneum in Boom tot aan zijn aanstelling als adviseur-inspecteur in 1970. In deze nieuwe positie was hij lid van verschillende commissies, zoals die van seksuele en affectieve begeleiding. Daarnaast adviseerde hij de minister van onderwijs en ondersteunde hij de navormingsprojecten voor leerkrachten over bijvoorbeeld multicultureel samenleven en AIDS.
Naast zijn werkzaamheden binnen het onderwijs, was Devuyst actief in tientallen vrijzinnige verenigingen op lokaal, nationaal en internationaal niveau. In Boom was hij betrokken bij het oprichten van de lokale afdelingen van het Humanistisch Verbond en de Oudervereniging voor de Moraal. Daarnaast was hij een stichtend lid van Avanti, een vereniging voor jongeren die geïnteresseerd waren in niet-confessionele zedenleer. Binnen het Vlaamse vrijzinnige landschap was Devuyst betrokken bij tal van verenigingen, zoals de Unie Vrijzinnige Verenigingen, Raad voor Inspectie en Begeleiding niet-confessionele zedenleer, Humanitas, Humanistisch Vrijzinnig Vormingswerk en Vrijzinnig Trefpunt. Door zijn functie als bestuurslid van de European Humanist Foundation hield hij zich eveneens bezig met het Europees beleid rondom niet-confessionele zedenleer. Ook was hij bestuurslid bij de International Humanist and Ethical Union.
Luc Devuyst was een spilfiguur in de niet-confessionele zedenleer en de vrijzinnige wereld. Dit wordt weerspiegeld in zijn archief. De stukken van zijn bestuursfuncties geven inkijk in de bestuurlijke kant van vrijzinnige verenigingen en het proces achter de beslissingsvorming. De stukken die zijn opgemaakt of ontvangen onder zijn rol als adviseur-inspecteur tonen hoe de regelgeving rondom niet-confessionele zedenleer in de praktijk werden uitgevoerd en de eventuele problematiek daaromheen. Verder bestaat het archief uit een uitgebreide bibliotheek van boeken en tijdschriften die een relatie hebben tot de vrijzinnigheid.
Het archief van prof. Dr. Leopold Flam
Leopold Flam (1912-1995) was vooral gekend als existentialistisch filosoof. Als professor filosofie had hij een provocerende lesstijl met als doel het ontwikkelen van een intellectuele autonomie bij zijn studenten. Zijn engagement voor de jeugd en het onderwijs begon reeds voor de Tweede Wereldoorlog, toen hij startte als leerkracht aan het Koninklijk Atheneum Gent en als studiemeester aan het Koninklijk Atheneum in Deurne. Tijdens de oorlog was hij actief als verzetsstrijder en – joods zijnde – als lid van het Joods Verdedigingscomité (JVC). Hij werd opgepakt en gedeporteerd naar Buchenwald. Na zijn bevrijding startte hij opnieuw als leerkracht geschiedenis, dit keer aan het Atheneum in Brussel, maar ook als docent filosofie aan het Instituut Emile Vandervelde in Antwerpen. In die periode was hij tevens een van de medestichters van het Humanistisch Verbond. Van 1955 tot 1969 nam hij de rol van geschiedenisinspecteur in het Nederlands middelbaar- en normaal-rijksonderwijs op zich. Flam streed voor een radicale hervorming van de geschiedenislessen, waarbij zijn focus lag op een emancipatoire geschiedvisie, aandacht voor de sociale wetenschappen en een kindgerichte pedagogie.
Na een aantal jaren docentschap werd hij in 1960 hoogleraar filosofie aan de ULB. Toen daar een Nederlandse sectie van de vakgroep Wijsbegeerte werd opgericht, werd Flam aangesteld voor drie cursussen en droeg hij bij tot de invoering van het certificaat van niet-confessionele zedenleer in 1965. Na de oprichting van de VUB in 1969, zette Flam zijn carrière daar verder en richtte hij mee de opleiding Moraalwetenschappen op in 1974.
Het archief van Flam bevindt zich op verschillende plaatsen. CAVA bewaarde reeds archief van Flam, wat vooral bestaat uit een hele resem dagboeken en publicaties die hij doorheen zijn leven heeft geschreven. Hiernaast zijn er stukken van Flam te vinden in het archief van de vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschappen, de archieven van de filosofische kringen ‘de Vlaamse Vereniging voor Wijsbegeerte’ en Aurora en het archief van het Centrum voor de Studie van de Verlichting (en het Vrije Denken) – elk ook door Flam opgericht. In de persoonsarchieven van zijn assistent-collega Hubert Dethier en zijn leerling Jeanine Lambrecht komt Flam ook meermaals aan bod. Verder bewaren het Letterenhuis en de Koninklijke bibliotheek nog stukken van Flam.
Ook het AMVB bewaarde tot voor kort een stuk archief, wat nu geschonken is aan CAVA. De recente aanwinst vormt een aanvulling van vijf strekkende meter op het persoonlijke archief van Flam. Vooral zijn levenslange filosoferen wordt weerspiegeld in de schenking, wat grotendeels bestaat uit filosofische manuscripten en typoscripten. Zo zitten er stapels herwerkte hoofdstukken en essays, gedachtenkronkels en dagboeken in – en mengelingen van al deze, waarvan een groot deel ongepubliceerd gebleven is. Zijn filosofische beslommeringen bevatten zelfs (pogingen tot) romans, korte novelles en poëtische teksten. De talloze dagboekfragmenten blijken een rode draad doorheen zijn werk en leven te zijn – iets wat ook opgepikt en verteld is door Kristien Hemmerechts en Guido Van Wambeke in het boek Ik zal alles verdragen, ook mezelf.
Van zijn tijd op de VUB vinden we cursussen en de voorbereidingen ervan, evenals lesvoorbereidingen en onderzoeksnotities. Het archief bevat ook al het materiaal van zijn project, het vrijdenkerslexicon – dat nooit is afgeraakt, maar deels gepubliceerd is door het Centrum voor de Studie van de Verlichting. Verder vinden we ook heel wat stukken binnen zijn functie als rijksinspecteur, zoals briefwisseling, teksten van toespraken en de tijdschriften Geschiedenis in het Onderwijs (GIO) en Clio – historisch-didactische publicaties voor leerkrachten en leerlingen die hij heeft opgericht aan het begin van zijn benoeming . Hiernaast zitten er nog stukken in van de Vlaamse Vereniging voor Wijsbegeerte, waaronder teksten van voordrachten, en zijn talrijke publicaties en bijdragen voor tijdschriften zoals Dialoog, Proces, het Tijdschrift van de Vrije Universiteit Brussel en Het open venster.
Beide archieven zullen dit voorjaar geïnventariseerd zijn en beschikbaar worden gesteld via de catalogus van CAVA met mogelijkheid tot raadpleging in onze leeszaal.
Rejoignez-nous
Consultez les liens ci-dessous